Gebruikershulpmiddelen

Site-hulpmiddelen


namespace:daniel_guerin

Daniel Guérin

Portret Daniel Guérin, ca. 1977

Daniel Guérin (19 mei 1904 - 14 april 1988) was een libertair communist, schrijver en denker. Guérin was in eerste instantie actief in het Marxistische milieu maar maakte een overstap naar het anarchisme. Uiteindelijk probeerde hij een verbinding tussen de twee ideologieën te maken.

Biografie

Daniel Guérin werd geboren in een liberale familie waar veel interesse in de kunsten en letteren bestond. Hij volgde universitaire studies en rond 1930 las hij werken van Karl Marx, Pierre-Joseph Proudhon, George Sorel, Vladimir Lenin en Leon Trotski. De jonge Guérin brak met het burgerlijke milieu waaruit hij afkomstig was en trad naar voor als een linkse activist. Hij werkte in die dagen namelijk mee aan het tijdschrift La Révolution prolétarienne dat in 1925 door de revolutionair-syndicalist Pierre Monatte was opgericht.

Guérin liet zich verder opmerken in de strijd tegen het kolonialisme in Libanon en Indo-China (de Franse kolonies in het huidige Vietnam, Laos en Cambodja) en hij werd actief in de beweging La Gauche révolutionnaire. Midden 1938 werd hij een van de verantwoordelijken van de Parti Socialiste Ouvrier et Paysan (PSOP). Ideologisch bevond hij zich toen aan de linkerzijde van deze partij en hij correspondeerde zelfs met Trotski.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog nam Daniel Guérin langzaam aan afstand van het orthodoxe marxisme en zocht hij toenadering tot het anarchisme. Eigenlijk trachtte hij beiden met elkaar te verzoenen tot wat men later libertair-marxisme zou noemen.

Vanaf 1959, onder meer met de publicatie van Jeunesse du socialisme libertaire, zocht hij in de synthese van anarchisme en marxisme een alternatief voor het kapitalisme en de parlementaire democratie. Concreet sloot Guérin aan bij de Parti Socialiste Unifié en hij bleef er lid van tot in 1969.

Verder bleef hij onvermoeibaar strijden voor de Algerijnse revolutie en trad hij naar voor als pleitbezorger van de homoseksualiteit.

In 1971 trad hij toe tot de Organisation Révolutionnaire Anarchiste (ORA), waarin vrijwel alle anarchistische stromingen gerepresenteerd werden. Van 1979 tot aan zijn dood in 1988 was hij militant van de revolutionair-syndicalistische Union des Travailleurs Communistes Libertaires.

Daniel Guérin heeft gedurende zijn leven talloze boeken geschreven waaronder een aantal over het anarchisme. Een van de belangrijkste was onmiskenbaar de fameuze vierdelige bloemlezing “Ni Dieu ni Maître” (Parijs, 1970-1976).

Teksten

Bibliografie

  • Le livre de la dix-huitième année (gedichten), Albin Michel, Parijs 1922
  • L'enchantement du Vendredi Saint (roman), Paris, Albin Michel 1925
  • La vie selon la chair (roman), Albin Michel, Parijs 1929
  • Fascisme et grand capital. Italie-Allemagne, Éditions de la révolution prolétarienne, Parijs 1936
  • La lutte des classes sous la Première République, 1793-1797, Gallimard, 2 vol., Parijs 1946 (édition abrégée: Bourgeois et bras-nus, 1793-1795, 1968)
  • Où va le peuple américain, Julliard, 2 vol., Parijs 1950-1951
  • Au service des colonisés, Éditions de Minuit, Parijs 1954
  • Kinsey et la sexualité, Julliard, Parijs 1955
  • Les Antilles décolonisées, voorwoord door Aimé Césaire, Présence Africaine, Parijs 1956
  • Trois problèmes de la Révolution, 1958 (essay); Engelse vertaling door Paul Sharkey, Three Problems of the Revolution
  • Jeunesse du socialisme libertaire, Rivière, Parijs 1959
  • Shakespeare et Gide en correctionnelle, Editions du Scorpion, Parijs 1959
  • Le grain sous la neige, adaptation théâtrale d'après Ignazio Silone, Éditions Mondiales, 1961
  • Vautrin, adaptation théâtrale d'après Honoré de Balzac, La Plume d'or, Parijs 1962
  • Eux et lui, illustré par André Masson, Editions du Rocher, Monaco 1962
  • Essai sur la révolution sexuelle après Reich et Kinsey, Belfond, Parijs 1963
  • Front Populaire, révolution manquée, Julliard, Parijs 1963
  • Décolonisation du noir américain, Présence Africaine, Parijs 1963
  • L'Algérie qui se cherche, Présence Africaine, Parijs 1964
  • Un jeune homme excentrique. Essai d'autobiographie, Julliard, Parijs 1965
  • Sur le fascisme, I - La peste brune, II- Fascisme et grand capital, Maspero, Parijs 1965 (réédition)
  • L'anarchisme. De la doctrine à l'action, Paris, Gallimard, 1965; Engelse vertaling door Mary Klopper: Anarchism: From Theory to Practice, met een inleiding door Noam Chomsky, Monthly Review Press, New York 1970
  • Ni Dieu ni maître. Histoire et anthologie de l'anarchie, Éditions de Delphes, Parijs 1965
  • Pour un marxisme libertaire, Laffont, Parijs 1969
  • Rosa Luxembourg et la spontanéité révolutionnaire, Flammarion, Parijs 1971
  • Autobiographie de jeunesse. D'une dissidence sexuelle au socialisme, Belfond, Parijs 1972
  • De l'Oncle Tom aux Panthères Noires, UGE, Parijs 1973 (heruitgave: Les Bons Caractères, 2010)
  • Les assassins de Ben Barka. Dix ans d'enquête, Guy Authier, Parijs 1975
  • La Révolution française et nous, Maspero, Parijs 1976
  • Proudhon oui et non, Gallimard, Parijs 1978
  • Homosexualité et révolution, Le vent du ch'min, Parijs 1983

Over Daniel Guérin

Voetnoot

De bovenstaande tekst is gebaseerd op de Engelstalige Wikipedia-entry over Daniel Guérin

namespace/daniel_guerin.txt · Laatst gewijzigd: 05/08/20 11:46 door defiance