Inhoud

Ricardo Mella

Ricardo Mella

Ricardo Mella Cea (13 april 1861 – 7 august 1925) een invloedrijk schrijver, intellectueel en anarchistisch activist aan het einde van de 19de en begin 20ste eeuw in Spanje. Hij wordt omschreven als een in verschillende velden zeer geleerd man sprak naast Spaans Frans, Engels en Italiaans. Federica Montseny stelde dat “hij wordt gezien als de diepste, meest indringende en heldere Spaanse anarchistische denkers.”

Hij was getrouwd met Esperanza Serrano met wie hij een dochter had, de feministisch activiste Urania Mella, die later medeoprichtster was van de Asociación de Mujeres Antifascistas (vert. Antifascistische Vrouwenassociatie).

Biografie

Ricardo Mella werd in Gaboa, Vigo, in de provincie Pontevedra in Galicië geboren. Zijn ouders waren Dolores Cea Fernández en José Mella Buján, een hoedenmaker en federale replublikein. Hierdoor kreeg hun oudste zo'n, Ricardo Mella een diepe interesse voor de ideeën van Francisco Pi y Margall. Toen Mella 16 sloot hij zich bij de Federale Democratische Republikeinse Partij van Spanje aan. Hij werd daar secretatirs en pleitte voor de politieke en bestuurlijke autonomie van Galicië en het federalisme.

In zijn jonge jaren werkte hij bij een maritieme maatschappij in zijn geboortestad Vigo. Tegen die tijd maakte Vigo een grote verandering door en groeide van havenstad uit tot een commercieel centrum. De slechts levensomstandigheden van de arbeidersklasse dwong echter nog altijd een groot deel van de arbeiders om te emigreren. In deze periode begon hij ook zijn carrière als journalist en schreef onder andere voor de republikeinse krant La Verdad die zich ook verzette tegen de uitbuiting van de arbeiders in Galicië.

Mella was onderdeel van de meest radicale vleugel van het republikeinse kamp en verzette zich tegen het naar in zijn ogen despotische beleid van de Galicische regering. Zijn scherpe en controversiële schrijfstijl bracht hem in conflict met markies José Elduayen - een lokale vertegenwoordiger van de centrum-conservative regering onder leiding van Práxedes Mateo Sagasta. Mella onthulde een vermeend schandaal binnen de Bank van Spanje, waar de markies de directeur van was. In april 1881 werd Mella tot 4 jaar en 3 maanden uit Galicië verbannen en hij kreeg een boete van 625 pesetas. Deze werd later verlaagd tot 3 jaar en 7 maanden en een boete van 200 pesetas.

Vanwege zijn ballingschap verhuisde hij naar Madrid, waar hij in contact kwam met de toentertijd invloedrijke anarchist Juan Serrano. Dat jaar stichtte Mella de publicatie La Propaganda, een federalistische uitgave die zich richtte op arbeidersstrijd. Deze verscheen tot 1885. Hij trouwde met Serrano's dochter Esperanza Serrano Rivera en kreeg met haar 12 kinderen.

In 1984 werkte hij samen met de kranten Acracia en El Productor aan de Spaanse vertaling van God en de staat van Michael Bakoenin.

Op advies van zijn schoonvader ging Mella vanwege studie en werk naar Andalusië. In Sevilla was hij in 1888 meeoprichter van de krant La Solidaridad. Hij deed mee met 2 socialistische competities waarvoor hij 8 teksten aandroeg, welke alle prijzen wonnen: “El problema de la emigración en Galicia”; “Diferencias entre el comunismo y el colectivismo”; “La anarquía: su pasado, su presente y su porvenir”; “Breves apuntes sobre las pasiones humanas”; “La nueva utopía (novela imaginaria)”; “El colectivismo: sus fundamentos científicos”; “Organización, agitación, revolución y El crimen de Chicago”.

Terugkeer naar Galicië

In 1895 keerde Mella terug naar Vigo. Daar verbleef hij echter slechts voor korte duur, en ging in 1897 voor werk naar Pontevedra, waar hij meehielp met de aanleg van een spoorweg. Hij verzette zich tegen de executie van de anarchisten in Montjuïc[1] en begon met het verspreiden van anarchistische ideeën onder de landbouwbevolking in Galicië. Ondertussen werkte hij mee aan kranten als La Revista Blanca, La Anarquía y la Idea Libre in Madrid, El Despertar in New York en de magazines Ciencia Social in Barcelona, La Question Sociale in Buenos Aires en L'Humanite Nouvelle in Parijs.

In 1896 publiceerde hij Lombroso y los Anarquistas (1896), waarin hij de theorieën van de criminoloog Lombroso bekritiseerde. Daarna zou hij nog vele andere teksten uitgeven.

Nalatenschap

Mella schreef meer dan 30 essays en enkele daarvan ontvingen internationale prijzen en werden vertaald naar het Italiaans, Nederlands, Portugees, Engels en Frans. Hij schreef voor een groot aantal internationale publicaties.

In zijn werk zijn een aantal van de meest elementaire anarcho-syndicalistische principes te vinden die later ook in de CNT in Spanje een belangrijke rol zou spelen:

Bibliografie

Essays

Boeken

Vertalingen

Voetnoot